Een week

Op vijfentwintig augustus staan aan het sterfbed van de tweeënzestigjarige Liz haar zoon en zijn vriendin, haar vroegere geliefde, een oude vriend en een oude vriendin. En Marthe. Liz heeft voor euthanasie gekozen.

Maar na haar dood staat Liz op, en begint aan de ochtend van wat haar laatste dag wordt. Vervolgens komt haar voorlaatste dag. Dan de dag ervoor. Dan de dag daarvoor. Een week lang komen vrienden en oude bekenden langs. 

Met mededogen, liefde en lichtheid schetst Jeroen Theunissen in Een week het portret van een vrouw die de pech heeft te jong te sterven. Dit is geen roman over de dood, maar over het leven, over de levenslust, over de onmogelijheid van de dood zolang je ademt. Over de dingen die er in het leven echt toe doen, bijvoorbeeld liefde of bloemen van de buurman of dat je wint bij rummikub.